De brief die de staatssecretaris op 29 november 2021 aan de Tweede Kamer stuurde, wekte onterecht de indruk dat deze werkwijze een tijdelijke maatregel is. Rekening houden met verzachtende (en verzwarende) omstandigheden is echter onderdeel van de werkwijze van het toezicht. Hiervoor geldt dus geen einddatum, meldt de VNG.
De Vereniging Nederlandse Gemeenten en GGD GHOR Nederland hebben naar aanleiding van de Kamerbrief wel een specifieke ‘denklijn’ opgesteld die toezichthouders helpt bij het in kaart brengen van de verzachtende omstandigheden of overmacht. Dit helpt handhavers bij het nemen van een handhavingsbesluit in deze situaties.
De toezichthouder kan in zijn rapport betrekken of sprake is van verzachtende omstandigheden en beoordeelt dit in iedere situatie waarin niet wordt voldaan aan de kwaliteitseisen. Als de kinderopvangorganisatie tekortkomingen heeft door het personeelstekort, maar zich wel heeft ingespannen voor een goede oplossing en hierbij een verantwoorde keuze maakte, beschrijft de toezichthouder – naast de geconstateerde tekortkoming(en) – de verzachtende omstandigheid in het rapport.
Hierbij kan hij ervoor kiezen om de gemeente te adviseren om niet te handhaven. De beslissing om wel of niet te handhaven ligt daarna bij de gemeente zelf. Het gaat bij deze werkwijze uitdrukkelijk niet alleen om situaties van overmacht, maar ook om andere situaties, zoals het personeelstekort, waarin sprake is van verzachtende omstandigheden.